Box 1, 2, 3, hoe zit dat? FinancElle (Elle Loijens) (2024)

Onze inkomstenbelasting heeft eenboxenstelsel. Dit stelsel bestaat uit3 boxen. Box 1: inkomsten uit werk en woning, box 2: inkomsten uit aanmerkelijk belang en box 3: inkomsten uit sparen en beleggen.

Hoe zit dat verder en welke percentages zijn van toepassing? Dat lees je hieronder.Laten we ervoor zorgen dat je eindelijk mee kunt praten tijdens de verjaardag van je oma/opa/oom/tante…

De basis

Om even bij het begin te beginnen… Ons Nederlandse inkomstenbelastingstelsel bestaat uit de volgende 3 boxen:

  1. inkomen uit werk en woning
  2. inkomen uit aanmerkelijk belang
  3. inkomen uit sparen en beleggen

In de wet is bepaald welke inkomsten in welke box vallen en hoe deze inkomsten worden belast. Elke box heeft eigen regels over hoe de inkomsten in die box worden belast en tegen welk tarief.

Rangorderegeling

Als bepaalde inkomsten in box 1 vallen, kunnen ze niet meer in een andere box vallen. Je begint met box 1 en als het daar niet in valt, blijven box 2 en 3 nog over. De volgorde ligt vast (eerst 1, dan 2 en als laatste 3), je hebt geen vrije keuze. Dit heet de rangorderegeling.

Heffingskortingen

Heffingskortingen zijn een soort standaardkortingen op je inkomstenbelasting. De bekendste zijn de algemene heffingskorting en de arbeidskorting. In principe heeft iedereen die werkt recht op deze twee kortingen.

Werk je niet? Dan heb je nog steeds recht op de algemene heffingskorting. Dit kan voordelig zijn als je bijvoorbeeld box 3 inkomen hebt of een nabetaling krijgt.

Veel mensen hebben het over de ‘belastingvrije som’ en zeggen dat je over de eerste zoveel duizend euro geen belasting betaalt. Dat komt hier vandaan. Als je in totaal €1.500 inkomstenbelasting moet betalen, maar je krijgt een korting van €2.000, hoef je niets te betalen. Helaas kun je niet in de min gaan en geld van de belastingdienst cadeau krijgen.

Meer lezen over de werking (en hoogte) van de loonheffingskortingen.

Box 1: inkomen uit werk en woning

In box 1 worden inkomsten uit werk en woning belast. De meest voorkomende inkomsten in deze box zijn: winst uit onderneming, loon, resultaat uit overige werkzaamheden en inkomsten uit de eigen woning.

Over de bovenstaande begrippen zijn boeken volgeschreven, maar ik ga proberen het kort en krachtig uit te leggen. Vooral het onderscheid tussen winst uit onderneming en loon is een grijs gebied.

De onderstaande inkomsten worden allemaal belast in box 1:

  • Winst uit onderneming: je voert als ondernemer zelfstandig werkzaamheden uit en je behaalt op regelmatige basis inkomsten uit deze werkzaamheden. Voor de beoordeling of je een ondernemer bent, wordt onder andere bekeken of je meerdere opdrachtgevers hebt, of je winst maakt, of je zelf keuzes kunt maken over hoe je je werkzaamheden uitvoert en of je ondernemersrisico loopt.
  • Loon: loon is kort gezegd alles wat uit een dienstbetrekking (arbeidsovereenkomst) voortkomt. Een dienstbetrekking bestaat indien voldaan is aan de volgende drie voorwaarden:
    o Persoonlijke arbeid: je verricht de arbeid persoonlijk en kunt je niet (zomaar) laten vervangen door iemand anders.
    o Gezagsverhouding: je volgt de instructies van je werkgever op (je bent gebonden aan bijvoorbeeld een tijdschema, vakantiedagen, etc.).
    o Loon: je ontvangt een vergoeding voor de werkzaamheden.
  • Resultaat uit overige werkzaamheden: een heel ruim begrip waar eigenlijk bijna alles onder valt, wat niet valt onder winst uit onderneming of loon. Als je arbeid verricht waarmee je het doel hebt geld te verdienen (en het vormt geen onderneming) is er sprake van resultaat uit overige werkzaamheden. Je kunt denken aan gastouderschap, klussen voor anderen en het geven van cursussen. Beleggen valt hieronder als je arbeid verricht voor de belegging. Dit geldt niet als je af en toe aandelen koopt en verkoopt of een pand verhuurt zonder veel bezig te zijn met opknappen, adverteren, etc.
  • Inkomsten uit de eigen woning: een eigen woning is kort gezegd het huis dat je hoofdverblijf is (dit kan maar één huis zijn). Je moet dan in je aangifte inkomstenbelasting het eigenwoningforfait als belastbaar inkomen aangeven, daartegenover is je hypotheekrente aftrekbaar. Lees meer over de belastinggevolgen van een koophuis.

De bovenstaande inkomsten vallen in box 1 en worden allemaal op dezelfde manier belast.

Veel mensen denken dat ZZP’ers tegen een ander tarief worden belast dan werknemers. Dat is niet het geval, maar als ondernemer zijn wel je zakelijke kosten aftrekbaar en daarnaast kun je recht hebben op extra aftrekposten (zoals de starters- en ondernemersaftrek). Hiervoor moet je voldoen aan een aantal voorwaarden.

Tarief

In box 1 hebben we een progressief belastingtarief. Het idee is: bredere schouders dragen zwaardere lasten.

Het totale inkomstenbelastingtarief (inclusief premie volksverzekeringen) in box 1 is in 202336,93% tot een bedrag van €73.031 en49,50% daarboven.

Aftrekposten

Er zijn een aantal aftrekposten in box 1, waarvan de hypotheekrenteaftrek de belangrijkste is. Een aftrekpost houdt in dat je een bepaald bedrag van je belastbare inkomen mag aftrekken. Hierdoor betaal je dus over dat bedrag geen inkomstenbelasting.

Als jij €100.000 per jaar aan belastbare inkomsten in box 1 hebt en je hebt een aftrekpost van €1.000, betaal je over die €1.000 geen 49,50% inkomstenbelasting (tarief 2020 t/m 2023).

Op deze persoonlijke aftrekposten kun je recht hebben.

Box 2: inkomsten uit aanmerkelijk belang

Box 2 is de box waarmee de minste mensen te maken hebben. Het gaat om inkomen uit aanmerkelijk belang. Dit houdt in dat jij (eventueel samen met je partner) 5% of meer van de aandelen in een vennootschap houdt (meestal een B.V.).

Als je inkomsten verkrijgt uit deze vennootschap (in de vorm van dividend), zijn deze inkomsten belast in box 2 tegen 26,90% inkomstenbelasting (in 2021 t/m 2023).

Dit klinkt natuurlijk heel aantrekkelijk. Als je een B.V. hebt, betaal je maar 26,9% inkomstenbelasting. Let wel op dat de B.V. over de winst vennootschapsbelasting (19 tot 25,8%) moet betalen. Als je er als aandeelhouder vervolgens voor kiest om de winst te laten uitbetalen, betaal je in privé 26,9% inkomstenbelasting.

In mijn andere blog lees je meer over de keuze tussen een eenmanszaak of B.V.

Daarnaast, als je niet alleen aandelen houdt, maar ook werkzaam bent voor de vennootschap (dus je bent bijvoorbeeld de directeur), moet je €51.000 (in 2023) als loon berekenen voor de inkomstenbelasting (gebruikelijk loonregeling). Hierover betaal je de tarieven die gelden in box 1. Van het bedrag van €51.000 kan in bepaalde gevallen worden afgeweken.

Box 3: inkomsten uit sparen en beleggen

In box 3 worden inkomsten uit sparen en beleggen belast. Indien je woning niet in box 1 valt (het is niet je eigen woning, maar een tweede woning) valt deze in box 3. Hetzelfde geldt voor aandelen die niet in box 2 vallen (minder dan 5% van de aandelen in een vennootschap), deze vallen in box 3. Zo ook je spaargeld.

Het is belangrijk je te realiseren dat een huis dat je bezit altijd in box 1 óf in box 3 valt. Als je er woont in box 1 en als je er niet woont in box 3. Als je het verhuurt, betekent de box 3-belasting een lager rendement. Lees hierover meer in mijn blogover de belastinggevolgen van het verkopen en verhuren van een huis.

Vrijstelling

In box 3 geldt een vrijstelling van €57.000 per persoon (in 2023). Als je fiscale partners bent, kun je de vrijstelling vrij aan elkaar toerekenen dus bijvoorbeeld €114.000 aan de één en €0 aan de ander.

Tarief

Box 3 kent een hele aparte regeling. Er wordt namelijk uitgegaan van een fictief rendement. Dit houdt in dat de belastingdienst aanneemt dat je een bepaald rendement behaald met jouw box 3 vermogen. Dit hoeft dus niet écht het geval te zijn. Het fictieve inkomen wordt vervolgens belast tegen 32% inkomstenbelasting.

Tot het jaar 2018 ging de belastingdienst uit van een fictief inkomen van 4%. Er werd aangenomen dat jij met jouw vermogen een rendement van 4% behaalde. Als je hierover 30% betaalde, kwam je uit op een uiteindelijk bedrag van 1,2%.

Vanaf 2023 zijn de percentages voor het fictieve inkomen in drie categorieën ingedeeld.

  • Bank- en spaartegoeden: 0,36% fictief rendement x 32% belasting = 0,12%
  • Beleggingen en andere bezittingen (waaronder tweede woning): 6,17% fictief rendement x 32% belasting = 1,97%
  • Schulden: 2,57% x 32% = 0,82%

Schulden

Schulden (bijvoorbeeld een studieschuld) zijn aftrekbaar. Indien je woning in box 3 valt, is de hypotheek op deze woning ook aftrekbaar in box 3 (de hypotheekrente is dan niet aftrekbaar in box 1).

Samenvatting

Belastbare inkomsten vallen in box 1, 2 of 3.

De meest voorkomende inkomsten zitten in box 1: winst uit onderneming, loon en de eigen woning (je hoofdverblijf). Deze inkomsten worden belast tegen maximaal 49,5% in 2023. Er zijn een aantal persoonlijke aftrekposten waaronder de hypotheekrenteaftrek. De ondernemer die aan bepaalde voorwaarden voldoet heeft recht op extra aftrekposten (de ondernemersaftrek).

In box 2 wordt het inkomen uit aanmerkelijk belang (5% of meer van de aandelen in een vennootschap) belast tegen 26,9% in 2023.

In box 3 worden inkomsten uit sparen en beleggen belast. Het vreemde is dat wordt aangenomen dat je spaargeld en beleggingen inkomsten genereren (fictief rendement) terwijl dit niet zo hoeft te zijn. Het uiteindelijke percentage dat je aan belasting betaald ligt tussen de 0,36% en 1,97% over je vermogen. Er bestaat een vrijstelling van €57.000 per persoon (cijfers 2023).

Box 1, 2, 3, hoe zit dat? FinancElle (Elle Loijens) (2024)

FAQs

Box 1, 2, 3, hoe zit dat? FinancElle (Elle Loijens)? ›

Belastbare inkomsten vallen in box 1, 2 of 3. De meest voorkomende inkomsten zitten in box 1: winst uit onderneming, loon en de eigen woning (je hoofdverblijf). Deze inkomsten worden belast tegen maximaal 49,5% in 2023. Er zijn een aantal persoonlijke aftrekposten waaronder de hypotheekrenteaftrek.

Wat is het verschil tussen box 1 2 en 3? ›

U betaalt belasting over uw inkomen uit werk en woning (box 1), over inkomen uit een aanmerkelijk belang in een onderneming (box 2) en over uw spaargeld en beleggingen (box 3). Sommige uitgaven mag u van dat inkomen aftrekken (zogenoemde aftrekposten).

Wat is voordeliger box 2 of box 3? ›

Tot een rendement van grofweg 4% is beleggen in box 2 voordeliger dan in box 3. Dit geldt dus sowieso voor bank- en spaartegoeden. Bij een OFGR met VBI-status bedraagt het omslagpunt in de derde schijf bijna 7%, zodat ook met beleggingen een (aanzienlijk) fiscaal voordeel kan worden behaald.

Hoeveel belasting betaal je over 200.000 euro spaargeld? ›

Voorbeeld box 3-belasting 2021Totaal
Grondslag sparen en beleggen€200.000 (€250.000 - €50.000)
Voordeel uit sparen en beleggen€6.820 (3,41% x €200.000)
Belastingtarief31%
Verschuldigde belasting€2.114
6 more rows

Hoe werken de belasting boxen? ›

Elk jaar moet er weer belasting betaald worden over het inkomen en je financiële bezittingen. Dit gaat volgens het boxensysteem, waarin box 1 gaat over de inkomsten uit woning en werk, box 2 over belasting op aanmerkelijk belang en box 3 over de belasting op vermogen.

Wat is voordeliger box 1 of box 3? ›

De grondslag waarover de vermogensrendementsheffing berekend wordt, is dus lager dan bij een financiering in box 1. Je betaalt dan minder box 3 belasting. Als het rentepercentage van de lening beneden een bepaald niveau ligt, pakt een schuld in box 3 voordeliger uit.

Wat moet ik betalen in box 3? ›

Het belastingtarief in box 3 is 36% in 2024. Dit was 32% in 2023. De komende jaren blijft het tarief voor box 3 op 36% staan. Daartegenover staat dat het heffingsvrije vermogen (het vermogen waarover je geen belasting betaalt) ook is gestegen: van € 50.650 per persoon in 2022 naar € 57.000 per persoon in 2023 en 2024.

Hoeveel belasting betaal je in box 1? ›

Box 1: tarief inkomstenbelasting
BelastingschijfInkomenPercentage belasting
Eerste schijfTot € 75.51836,97 procent
Tweede schijfVanaf € 75.51849,5 procent

Hoe wordt box 3 belast in 2024? ›

In 2024 blijft het heffingvrije vermogen € 57.000 en € 114.000 bij fiscaal partnerschap. Dit is het vermogen dat vrijgesteld is van box 3-belasting. Het belastingtarief box 3 over het inkomen uit vermogen wordt 36% (32% in 2023).

Welke box spaargeld? ›

Als je een fiscaal partner hebt, moet je hieronder jullie gezamelijke spaargeld, overige bezittingen en schulden in box 3 invullen.

Hoe voorkom ik dat ik belasting moet betalen over mijn spaargeld? ›

De Belastingdienst spreekt over groen sparen wanneer u uw spaargeld aanhoudt bij een bank die deelneemt in bepaalde projecten. In 2023 leveren dergelijke groene beleggingen een vrijstelling van € 65.072 (zonder fiscale partner) of € 130.144 (met fiscale partner). Over dit bedrag hoeft u geen Box 3 belasting te betalen.

Wat als je meer dan 100.000 euro op de bank? ›

Als je de afgelopen jaren meer dan € 100.000 spaargeld had, betaalde je bij sommige banken een negatieve rente over het bedrag. Sinds 1 oktober 2022 hebben alle Nederlandse banken negatieve rente helemaal afgeschaft. Je betaalt dus bij geen enkele bank nog negatieve spaarrente over je spaargeld.

Is 50.000 euro spaargeld veel? ›

De gemiddelde Nederlander heeft 49.500 euro spaargeld. Toch spaart lang niet iedereen voldoende. 15% van de huishoudens heeft namelijk geen spaargeld en nog eens 20% heeft minder dan € 2.500.

Hoeveel belasting betaal je over 500.000 euro? ›

Box 3: U moet in box 3 in totaal € 6.000 vermogensbelasting betalen (1,2% van € 500.000). Op een rendement van 2% van € 500.000 = € 10.000 moet u dus € 6.000 belasting betalen, dit is 60%. Netto opbrengst € 4.000.

Hoeveel belasting moet ik betalen over 100.000 euro? ›

Hoeveel belasting betaal je over €100.000 spaargeld? Je betaalt €159 belasting over €100.000 spaargeld in 2024. Over de eerste €57.000 betaal je niets, dat is je heffingsvrij vermogen. En over de resterende €43.000 betaal je 0,37%, oftewel €159.

Hoeveel geld mag je samen hebben? ›

De heffingsvrije grens voor belastingvrij sparen bedraagt 57.000 euro per persoon. Fiscaal partners hebben samen recht op een heffingsvrije grens van 114.000 euro. Deze grenzen waren in 2023 hetzelfde. De Belastingdienst kijkt niet alleen naar hoeveel spaargeld je hebt.

Welk inkomen valt in box 2? ›

box 1: belastbaar inkomen uit werk en woning. box 2: belastbaar inkomen uit aanmerkelijk belang. box 3: belastbaar inkomen uit sparen en beleggen.

Wat is het voordeel van box 3? ›

Het schijvenstelsel in BOX 3 berekent het voordeel uit sparen en beleggen. Het voordeel uit sparen en beleggen wordt belast tegen 31%. Stel dat een belastingplichtige samen met een fiscale partner € 125.000 aan spaartegoeden heeft op 01-01-2022 en een tweede woning met een waarde van € 2.500.000.

Waarom woning in box 3? ›

De verhuizing van de eigen woning van box 1 naar box 3 is daar één van. Deze specifieke maatregel zorgt ervoor dat de huizenprijzen minder hard stijgen. Doordat het fiscaal niet meer wordt gestimuleerd om veel te lenen, zullen mensen immers minder bieden op een huis.

Wat valt niet onder box 3? ›

Geen belasting op schulden en vorderingen tussen ouders en minderjarige kinderen. Schulden en vorderingen tussen ouders en minderjarige kinderen worden niet meer belast in box 3. Dit geldt ook voor schulden en vorderingen tussen fiscale partners. Vanaf 2024 hoeft men deze schulden niet meer op te geven aan de belasting ...

Top Articles
Latest Posts
Article information

Author: Patricia Veum II

Last Updated:

Views: 6507

Rating: 4.3 / 5 (44 voted)

Reviews: 91% of readers found this page helpful

Author information

Name: Patricia Veum II

Birthday: 1994-12-16

Address: 2064 Little Summit, Goldieton, MS 97651-0862

Phone: +6873952696715

Job: Principal Officer

Hobby: Rafting, Cabaret, Candle making, Jigsaw puzzles, Inline skating, Magic, Graffiti

Introduction: My name is Patricia Veum II, I am a vast, combative, smiling, famous, inexpensive, zealous, sparkling person who loves writing and wants to share my knowledge and understanding with you.